Waar is de fietsbril bij de grote verkeerstoets gebleven?
Vandaag presenteerde de Vlaamse Stichting Verkeerskunde (VSV) de resultaten van de jaarlijkse ‘Grote Verkeerstoets'. Deze test werd eind april bij leerlingen van het vijfde leerjaar afgenomen, en 55% onder hen slaagde. Dat het resultaat beter is dan vorige edities, is volgens het VSV toe te schrijven aan het feit dat meer leerkrachten de weg vonden naar het bijbehorende lesmateriaal en de leerlingen voorbereidden op de test. Goed nieuws dus, de leerlingen kunnen vaker de juiste antwoorden geven bij vragen op hun maat. Lees: dus vooral over situaties die fietsers en voetgangers dagelijks ervaren.
Op VRT NWS kan je zelf de test invullen en tien van de 25 vragen zelf eens beantwoorden.
We deden, net als heel wat anderen, die test.
En dan werd het even lastig.
Bij een aantal vragen wordt vooral een hoffelijk antwoord als ‘juist' gegeven. Een voorbeeld: 'Je fietst met twee naast elkaar binnen de bebouwde kom. Wat doe je best als er een auto achter jullie komt rijden?' Het juiste antwoord volgens VSV is: We mogen met twee naast elkaar rijden, maar we gaan toch even achter elkaar rijden zodat de auto ons voorbij kan rijden. Dat is het hoffelijke antwoord, maar volgens de wegcode mogen die twee fietsers gewoon naast elkaar rijden. Meer nog, het kan net veilig zijn om als fietser je ruimte te nemen. Want uit onderzoek blijkt dat hoe meer je tegen de rand gaat fietsen, hoe minder afstand automobilisten houden en hoe gevaarlijker de situatie wordt.
De Fietsersbond mist een fietsbril in deze verkeerstoets. Ja, het is goed om kinderen ook op hoffelijk gedrag te wijzen. Maar bij de vraag over de dode hoek stelt zich wel een minder onschuldig dilemma: leer je kinderen om af te stappen en zich naar het voetpad te begeven? Dat kan zeker veiliger zijn voor de kinderen, maar dan pak je het onderliggend probleem niet aan. Voor de Fietsersbond is een conflictvrije lichtenregeling wel het enige juiste antwoord.
Ook vragen als: als ik alle putjes in het wegdek voel dan is a) het zadel te hoog, b) de ketting niet gesmeerd of c) de bandenspanning te laag, leiden de aandacht toch wel af van het wezenlijke probleem: in dit voorbeeld de slechte weginfrastructuur.
Op sociale media reageert VSV dat het naast deze toets voor kinderen (en dus fietsers en voetgangers) ook nog heel wat andere sensibiliserende acties heeft voor andere weggebruikers. Maar doordat de VRT de test nu openzet voor een breed publiek, krijgt het geheel voor ons toch een bijzondere en zelfs fietsonvriendelijke ondertoon. Zo lijkt het bijna alsof je er als automobilist mag van uitgaan dat die naast elkaar fietsende kinderen in de bebouwde kom echt wel beter achter elkaar rijden.
Is dit de fietseducatie die we al onze kinderen willen meegeven? Toekomstgericht beleid wil toch net de actieve weggebruiker vooropstellen en naar een duurzame mobiliteit evolueren? De toon van deze vragen bevestigt voor ons koning auto, terwijl wij graag de actieve weggebruikers centraal willen zien staan. Van deze test verwacht de Fietsersbond dat ze de kinderen ook wijst op hun rechten. Je mág naast elkaar rijden met twee, en je hoeft niet in de goot of op het voetpad te springen bij een auto die achterop komt.
De Fietsersbond vraagt aan de verschillende regeringen om in de volgende periode nog meer in te zetten op fietseducatie (zie onze speerpunten voor de verkiezingen) en daarbij ook echt een fietsbril op te zetten. Enkel zo komen we tot een echt fietsklimaat.