Dit gaan de Melse kandidaten na 14 oktober voor jou als fietser doen
Gemeenteraadsverkiezingen 14 oktober - Kies fiets!
Ook in Melle is mobiliteit een belangrijk verkiezingsthema. Maar wat blijft ervan over na de stembusgang? Als lokale Fietsersbond hebben we hoge verwachtingen: het nieuwe bestuur zal radicale keuzes moeten durven maken. Hoe kan jij daar als lid van de Fietsersbond mee voor zorgen? Door op 14 oktober “fiets” te kiezen. Om je te helpen, legden we alle partijen een lijst van acht vragen voor.
We geven geen stemadvies. We zijn een politiek neutrale organisatie en focussen ons op de inhoud van de voorstellen, niet op de kleur van wie het voorstel doet. Op elke lijst waarvoor je op 14 oktober kunt stemmen, staan trouwens leden van Fietsersbond Melle. Vergeet ook niet: kiezen voor de fiets doe je niet één keer om de zes jaar, maar elke dag. Als meer mensen fietsen, levert dat enorme voordelen op voor de hele maatschappij - ook voor wie niet fietst.
Hieronder vind je de acht vragen met een analyse van de antwoorden. Bij elke vraag geven we aan wat ons hoopvol stemt (+++), maar ook waar we op onze honger blijven zitten (???). Onderaan elke vraag vind je een link naar de uitgebreide antwoorden per partij (in alfabetische volgorde).
- Hoe ga je de fietsinfrastructuur verbeteren?
- Hoe zie je ruimtelijke ordening en planning?
- Welke acties voorzie je om de Mellenaars te sensibiliseren?
- Hoeveel (meer-)investeringen plan je om het STOP-principe echt waar te maken?
- Hoe krijg je het gemeentepersoneel op de fiets?
- Hoe zorg je ervoor dat lokale handelaars kunnen profiteren van betere mobiliteit?
- Wat ga je doen om de luchtkwaliteit te verbeteren en geluidsoverlast te beperken?
- Welke unieke ideeën heb je nog?
- Onze conclusie...
Hoe ga je de fietsinfrastructuur verbeteren?
+++
Alle partijen hebben concrete actiepunten klaar om de fietsinfrastructuur in Melle te verbeteren. Dat is een eerste positieve constante in de antwoorden. De voorstellen van Groen en SP.A zijn veelomvattend, zij geven fietsinfrastructuur een hoge prioriteit. Het kartel CD&V-N/VA wil meer veiligheid voor de zwakke weggebruiker (wij horen liever de “actieve weggebruiker”), maar plaatst dat op gelijke hoogte met de goede doorstroming van auto’s. Open Vld doet enkele veelbelovende voorstellen en hanteert het motto: “kleine ingrepen, grote impact”.
???
Wat we in de antwoorden vooral missen is de intentie voor meer en beter (structureel) overleg met andere beleidsniveaus en actoren. Denk maar aan het Vlaamse Gewest (voor gewestwegen zoals de Brusselse- en de Geraardsbergsesteenweg), de provincie (voor het bovenlokaal fietsroutenetwerk bv.), naburige gemeenten (bijvoorbeeld om het zware verkeer uit Destelbergen door de Kerkstraat te weren), of De Lijn en de NMBS (voor de afstemming van onze mobiliteit op het openbaar vervoer).
SP.A maakt het vaakst melding van het belang van samenwerking met overheden en andere actoren (zoals De Lijn en de NMBS). De andere partijen vermelden zo’n samenwerking eerder terloops bij concrete projecten. Open Vld stelt dan weer voor om te “bekijken of een fietssnelweg Gent en Wetteren kan verbinden”, terwijl die snelweg al opgenomen was in de fietsnota van de provincie Oost-Vlaanderen uit 1997 en deels gerealiseerd, deels in uitvoering is. Toch is voor de mobiliteit in Melle een goede samenwerking met — om er maar een te noemen — het Agentschap Wegen en Verkeer nodig en daar knelde het schoentje tijdens de voorbije legislatuur wel eens. Als Fietsersbond Melle hopen we dat het College tijdens de volgende legislatuur verder kijkt dan eigen kerktoren(s) en structureel samenwerkt met andere overheden en actoren. Niet alleen om te gaan “luisteren”, maar om als volwaardige partner de eigen mobiliteitsvisie te gaan verdedigen. Dat overlegmodel staat trouwens centraal in het Vlaamse mobiliteitsplan dat Ben Weyts wil gaan uitrollen, met “vervoersgebieden” en hun “vervoersregelraad”.
Hoe zie je ruimtelijke ordening en planning?
De kern van het mobiliteitsprobleem in Vlaanderen ligt bij onze ruimtelijke ordening, zei de Vlaamse Bouwmeester Leo Van Broek het voorbije weekend nog in De Standaard. Al het geld dat in de jaren 50, 60 en 70 naar mobiliteit ging, was bestemd voor Koning Auto. Fietsers en voetgangers moeten het stellen met de ruimte die overblijft. Een gemeente die aantrekkelijk wil zijn en blijven, draait die logica om: ontwerp, denk en organiseer vanuit fietsers en voetgangers. Alleen zo kunnen we de schadelijke erfenis wegwerken.
+++
Alle partijen willen bij de aanleg van nieuwe wijken en verkavelingen voldoende aandacht voor de fiets. Groen en SP.A nemen daarin het STOP-principe als uitgangspunt: zij durven een duidelijke keuze maken en willen af van de logica Auto Eerst. Bij Open Vld en CD&V/NV-A is het STOP-principe niet terug te vinden. Groen en SP.A zetten niet alleen in op het stimuleren van de eerste drie schakels (Stappen, Trappen en Openbaar Vervoer), maar proberen de laatste schakel (Personenwagens) ook actief te ontmoedigen zodat het als laatste optie gezien wordt. SP.A vermeldt het belang van de samenwerking tussen fiets en openbaar vervoer. CD&V/N-VA en Open Vld willen autoverkeer niet ontmoedigen, maar wel de doorstroming verbeteren. Als Fietsersbond zijn wij er alvast van overtuigd dat die doorstroming alleen maar kan verbeteren door het aantal auto’s te verminderen. Investeren in auto-infrastructuur zuigt alleen maar meer auto’s aan. Tot slot beseffen alle partijen dat “fietsroutes” meer zijn dan “fietspaden”.
???
Er staan veel verkavelingsprojecten in de steigers in onze gemeente. Het Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan spreekt over “het verder invullen van de aanwezige woongebieden in Melle” en de uitvoering van de huidige en toekomstige Ruimtelijke Uitvoeringsplannen (RUPs) zal honderden nieuwe inwoners aantrekken langs al oververzadigde wegen.
Fietsersbond Melle roept de toekomstige coalitie dan ook op om meer aandacht te besteden aan de impact op de mobiliteit van deze nieuwe projecten en de bevolkingsaangroei die ze lokaal met zich meebrengen. Ook de inrichting en de aanleg van het wegennet in de verkavelingen zelf zou vanuit het STOP-principe moeten worden uitgetekend en dus ook in het vergunningenbeleid doorgeduwd. Concreet betekent dat wandel- en fietsverbindingen voorzien, gemotoriseerd verkeer beperken en doorgaand autoverkeer helemaal bannen.
Het STOP-principe, decretaal verankerd in Vlaanderen, zegt dat Stappers, Trappers, Openbaar Vervoer en Personenvervoer in die volgorde prioriteit moeten krijgen bij de inrichting van de openbare ruimte. Het STOP-principe is geen politieke ideologie, maar de enige (wetenschappelijk onderbouwde) oplossing naar een duurzame en leefbare gemeente. In een recent interview met Mo* Magazine zegt Brent Toderian, gerenommeerd Urban Planner uit Canada : ‘Het is eenvoudig. Zet wandelen bovenaan op je prioriteitenlijst en autovervoer onderaan, met daartussenin fietsen en openbaar vervoer en richt je stad volgens die principes in. Mensen zullen wandelen, fietsen en de bus nemen’. Het STOP-principe ten volle.
Welke acties voorzie je om de Mellenaars te sensibiliseren?
Goede infrastructuur doet fietsen, maar sommige mensen kunnen een duwtje gebruiken. Een goed mobiliteitsbeleid is een wervend beleid, dat inwoners ook actief op (betere) gedachten probeert te brengen.
+++
Alle partijen zien het belang in van sensibilisering. Sommigen houden het bij algemene termen, zoals “gerichte bewustmakingscampagnes”, “communicatielijnen” en “nudging”, terwijl anderen heel creatieve en concrete voorstellen doen. Zo denkt Open Vld aan een spaarsysteem waarmee lokale handelaars de fietsende klant belonen. Dezelfde partij wil ook toeristische fietsroutes uitwerken. Groen en Open Vld vinden autoloze (zon)dagen een goed idee. Groen wil ook de scholen ondersteunen, want “jong geleerd is oud gedaan”.
???
Mag het (veel) meer zijn? Als Fietserbond Melle vinden we dat het allemaal nog niet ver genoeg gaat. Een duurzame mobiliteit vraagt een radicale ommezwaai van vele partijen, niet in het minst van de weggebruiker. Als gemeentebestuur moet je daarin resoluut keuzes durven maken en daar ook voor gaan staan. Eén maand per jaar een witgeschilderde fiets voor het gemeentehuis posteren is sympathiek, maar brengt geen zoden aan de dijk. Wat we nodig hebben is een gedurfd en inspirerend gemeentelijk project. En ja dat betekent ook actief de auto ontmoedigen. Dat is geen politieke ideologie, maar de enige (wetenschappelijk onderbouwde) oplossing voor een leefbare stad. Een geïntegreerd fietsbeleid rust niet enkel op de schouders van onze schepen voor Mobiliteit, maar geeft de fiets een hoofdrol in het beleidsplan van élke schepen.
Hoeveel (meer-)investeringen plan je om het STOP-principe echt waar te maken?
Geen enkele investering is zo rendabel als fietsinvesteringen. Het VITO berekende dat 1 euro investeren in fietssnelwegen, 2 tot 14 euro aan gezondheidsvoordelen oplevert. Een gemeente die slim wil investeren in openbare werken, legt de focus op fietsinfrastructuur. Die kost de belastingbetaler het minst en brengt de volledige gemeente het meest op — en maakt de gemeente aantrekkelijker om in te (blijven)
+++
Naar de kiezer trekken met grootse plannen, zonder het prijskaartje te kennen, is riskant — of slechte politiek. Twee partijen hebben nagedacht over de centen waarmee ze het fietsbeleid gaan financieren. SP.A gaat daarin het verst, met een concrete budgettering van hun startproject (heraanleg van het Gemeenteplein) en het idee van een Herstel Actie Plan (HAP) dat de basis moet vormen voor een meerjarenplanning met prioriteiten en budgettering. Groen stelt voor om de inkomsten uit de parkeergelden in de Blauwe Zone, aan te wenden voor betere infrastructuur voor fietsers en voetgangers. Dat zou mooi zijn, al maakten wij ons wel de bedenking dat je met die 50.000 euro niet ver zal springen.
???
Nergens lezen we een duidelijke belofte om het jaarlijkse investeringsbudget in fietsbeleid stelselmatig op te trekken. Evenmin zien we de duidelijke stelling om bijkomende investeringen in auto-infrastructuur te vermijden (het enige wat dat oplevert is nog meer auto’s en alle hinder die daarmee gepaard gaat). Ook subsidies voor de aankoop van een elektrische fiets of het wegdoen van de wagen, zou voor velen een duwtje in de rug kunnen betekenen. Open Vld plaatst op haar website een kritische voetnoot bij het mobiliteitsplan: “Mobiliteitsstudies en informatierondes zijn zinvol op voorwaarde dat vervolgens de knoop kordaat wordt doorgehakt en het plan wordt uitgevoerd. Wanneer we stilstaan in het nemen van beslissingen zullen we de komende jaren ook alsmaar meer stilstaan in het verkeer.” Daar kunnen we alleen maar mee akkoord gaan.
Hoe krijg je het gemeentepersoneel op de fiets?
“Practice what you preach”. Gemeentepersoneel en lokale mandatarissen hebben een voorbeeldfunctie. Daarom zijn we als Fietsersbond Melle blij dat heel wat lokale boegbeelden de laatste tijd opvallend vaak met de fiets aan de hand in de lokale pers of op sociale media verschijnen. Hopelijk blijven ze dat ook doen na 15 oktober. Fietsersbond vraagt dat de gemeente haar personeel actief aanspoort om de fiets te nemen.
+++
Grote eensgezindheid hier. Alle partijen hebben het over een fietsvergoeding voor gemeentepersoneel dat met de fiets naar het werk komt, veilige en comfortabele fietsenstallingen, dienstfietsen en zelfs (financiële tussenkomst voor) fietsaccessoires (regenkledij, fietstassen). Het kartel CD&V/N-VA belooft ook de aankoop van een elektrische deelauto voor dienstverplaatsingen, die buiten de uren ter beschikking zal staan van de inwoners.
Hoe zorg je ervoor dat lokale handelaars kunnen profiteren van betere mobiliteit?
Fietsers zijn goed voor de lokale economie. Dat vooral automobilisten geld in het laatje brengen bij de plaatselijke middenstand, is een gedachte die al lang weerlegd is (door concrete voorbeelden, zoals in Deinze, en door wetenschappelijke studies). Meer fietsers maken het centrum leefbaarder. Als voetgangers en fietsers voldoende plaats krijgen en zich veilig kunnen verplaatsen, heeft dat een positief effect op de plaatselijke middenstand.
???
Enkel Groen verwijst naar de (wetenschappelijk onderbouwde) stelling dat meer voetgangers en fietsers de omzet van lokale handelaars doet stijgen. In een geïntegreerd mobiliteitsbeleid speelt de lokale economie een sleutelrol. We hopen dat het nieuw geïnstalleerde bestuur een brug bouwt tussen de handelaars en de fietsers/voetgangers in onze gemeente. De voorbije zes jaar hoorden we vooral veel ongerustheid bij sommige handelaars. Een goed bestuur luistert naar die bezorgdheden en neemt ze ernstig, maar informeert ook als ze gebaseerd zijn op achterhaalde veronderstellingen.
Wat ga je doen om de luchtkwaliteit te verbeteren en geluidsoverlast te beperken?
+++
SP.A, Groen en Open Vld hebben concrete voorstellen om doorgaand (vracht)verkeer uit de woonkernen te vermijden. Alle partijen nemen autodelen op in hun programma, SP.A en Open Vld zien zelfs een systeem van deelfietsen zitten. Groen wil dat er carpoolparkings komen. CD&V/NV-A en Open Vld willen investeren in geluidsschermen langs de autosnelwegen.
???
Dat zijn allemaal sympathieke voorstellen. Maar op de kaart van Curieuzeneuzen kleurt Melle overwegend geel tot oranje, met enkele rode stippen langs de N9 (Brusselsesteenweg). Eerder dit jaar speelde onze Gemeenteschool een weinig benijdenswaardige rol in de PANO-reportage “Ademen onze kinderen zich ziek”. Vorige week kopte HLN dan weer: “Melle kreunt tijdens de spits onder het verkeer”. Veel van de oplossingen die partijen in dat artikel naar voren schuiven, lazen wij niet in de antwoorden die ze ons stuurden. Het toont dat geen enkele partij echt een doortastende aanpak heeft voor het sluipverkeer door onze gemeente. Er is daadkracht nodig en een Schepencollege dat de gezondheid van zijn burgers gaat verdedigen tot ver buiten de eigen gemeentegrenzen.
Welke unieke ideeën heb je nog?
Onze conclusies
CD&V/N-VA
CD&V/N-VA, de huidige meerderheidscoalitie, lijkt vooral het beleid van vandaag verder te willen zetten. Sommige van hun voorstellen zijn eigenlijk al beslissingen van deze legislatuur. Via een totaalpakket willen ze “streven naar een harmonieuze relatie tussen voetganger, fiets, auto en openbaar vervoer”. Het STOP-principe, waarbij voetgangers en fietsers prioriteit krijgen bij de inrichting van de openbare ruimte, komt niet voor in hun programma. Opvallend ook: zij spreken over de “zwakke” weggebruiker - wij horen liever de “actieve” weggebruiker.
Lees hier de volledige bijdrage van CD&V/NV-A.
Groen
Groen kiest radicaal voor een visie waarin de actieve weggebruiker voorop staat (het STOP-principe als leidraad). Dat is niet onlogisch natuurlijk voor een partij die duurzaamheid hoog in het vaandel draagt. Tegelijk getuigen hun voorstellen van een toekomstgerichte visie op mobiliteit: ze durven keuzes maken die het autoverkeer ontmoedigen, maar zijn ook niet naïef: “Uiteraard dient er plaats te zijn voor het gemotoriseerd vervoer, maar voor ons staat de actieve weggebruiker, de voetganger en fietsers voorop!”.
Lees hier de volledige bijdrage van Groen.
Open Vld
Open Vld stuurde veel concrete voorstellen voor prangende problemen, hun overkoepelende visie zijn we gaan opsnorren op hun website: “De visie op mobiliteit moet er in de eerste plaats eentje zijn van wederzijds respect. We willen niet spreken over Koning auto of Koning fiets maar we willen werken aan een gemeente waar iedereen zich vlot en veilig van punt A naar B kan begeven.” Ook dat durven we interpreteren als afstand nemen van het STOP-principe, hoewel in hun concrete voorstellen toch aandacht gaat naar voetgangers en fietsers.
Lees hier de volledige bijdrage van Open Vld.
SP.A
SP.A weeft het STOP-principe doorheen haar voorstellen. Opvallende constante in hun antwoorden is het besef dat samenwerking met andere actoren (zoals de Vlaamse overheid, buurgemeenten en de Lijn) cruciaal is. Voor de heraanleg van het Gemeenteplein hebben ze een uitgewerkt plan en bijbehorend budget opgemaakt, maar ook aan de lange termijn wordt gedacht via een “Herstel Actie Plan”.