Vergeet vouwslot en beugelslot. De beste oplossing is een ringslot in combinatie met een los kettingslot van minimaal 85 centimeter zodat je hem altijd aan de ‘vaste wereld’ vast kunt maken.

Bijkomende tip voor electrische fietsen en speed pedelecs: neem alle onderdelen die los zitten en niet op slot kunnen (b.v. je boordcomputer) van de fiets bij lang stallen.

Als je alleen maar de bakker binnenstapt, volstaat het om één van je wielen aan het frame van je fiets vast te maken.

Zodra je je fiets langer dan een kwartier blijft staan, bevestig je het kader aan een fietsenstalling of een stevige paal. (Pas op dat je geen voetgangers, kinderwagens en rolstoelgebruikers hindert.) Enkel een wiel vastmaken is vrij nutteloos, omdat wielen vrij makkelijk los te koppelen zijn.

Als je fiets langere tijd of een overnachting op straat doorbrengt, zet hem dan altijd met beide wielen vast. Het achterwiel maak je vast aan het fietskader. Het kader en voorwiel zet je aan een vast object vast. Op een koersfiets heb je misschien liever geen zware sloten mee op zak. Daarvoor is een trucje: verwijder het voorwiel, plaats de fiets achterwaarts in het rek en sluit vervolgens kader en beide wielen in één beweging aan het rek.

Cijfer- en krulsloten zijn heel makkelijk te openen. Dit type slot gebruik je beter niet.

(Pantser)kabelsloten, die je ook vaak rond bromfietsen ziet hangen zijn volumineus, maar ze bestaan gewoon uit ronde buisvormige schakels rond een dun staalkabeltje. Ook te mijden.

Gewone ijzeren kettingen zijn niet betrouwbaar. Verharde stalen kettingen zijn duurder, maar wel redelijk veilig. Je herkent ze aan de platgeslagen zilver- of geelkleurige schakels. Eromheen kan een zwarte of een gekleurde hoes zitten van geweven stof of van fel gekleurd, doorzichtig plastic. Let op, het verbindingsslot wordt nu de zwakste schakel, en dure kettingen zijn een gegeerde buit op zich!

Een hoefijzerslot (of ringslot) onder het zadel is enorm handig omdat je het nooit kan vergeten. Het is zo populair dat het op heel wat fietsen standaard wordt gemonteerd. Op de oudere modellen na zijn ze moeilijk te forceren, dus behoorlijk betrouwbaar. Je combineert het best met een stevige ketting of beugelslot om je kader (en voorwiel) ergens aan vast te zetten.

Een stevig, breed beugelslot is het minst steelbaar. Met de goedkopere modellen bestaat een truc om ze open te kirjgen, dus koop een beugel van goede kwaliteit! Let erop dat er niet te veel speling zit op het slot en de kop niet te hol klinkt.

Bekijk ook dit filmpje dat Fietsersbond Nederland maakte!

Winnende combinatie: Hoefijzerslot + ketting of beugel:  Met alleen een hoefijzerslot staat je fiets nergens aan vast, dus combineer je best met een ketting- of beugelslot.

Kettingslot + beugelslot: Een kettingslot is meestal gebruiksvriendelijker dan een beugelslot. Beide wielen en het frame met een zware ketting trachten vast te zetten lukt echter niet, of levert een zeer zwaar en kostbare ketting op. Daarom maak je een combinatie van de twee.

Beugelslot + kabelslot: Met de beugel zet je het frame en een wiel aan een rek vast, met de kabel (die je met de beugel sluit) zet je het tweede wiel vast.

Kijk in de winkel meteen of je een slot één of vier sterren heeft, met de kwaliteitslabels van de Nederlandse Stichting ART.